6 stappen als je paard zich opdrukt tijdens overgangen

door | Tips | 2 reacties

Sommige paarden hebben de neiging om zich tijdens overgangen op te drukken. Dit zie je vooral aan de hals van je paard. Het heeft niet alleen invloed op de hals, maar juist ook in de hele bovenlijn van je paard. De spieren in de bovenlijn, zijn hals, schoft, rug, lendenen en croupe worden strak en spannen te veel aan. Hierdoor kan een overgang niet meer vloeiend vanuit zijn achterhand gereden worden. Hij kan niet meer ondertreden met het achterbeen, en laat je niet fijn zitten en je hulpen doorkomen.

Als je paard zich opdrukt tijdens de overgang, dan voel je dat terug in je hand, je zit en je been. Je paard komt vaak wat tegen de hand, de druk in je hand kan dus groter worden als je paard zich opdrukt. Een andere mogelijkheid is dat je paard zich opdrukt maar juist los komt van de teugel, in dit geval voel je dus juist minder druk in je hand. Je paard laat je minder goed zitten als hij zich opdrukt in de overgang. Hij wordt strak in zijn rug en zal niet meer doorveren. Als laatste voel je het in je beenhulp. Je kan vaak niet meer doorkomen met je been. Als de overgang door je paard eenmaal is ingezet, en je wil er weer uitrijden, dan komt je been niet meer door en je paard zal niet meer naar voren reageren daarop.

Goed gereden overgangen zijn juist zo zinvol, omdat ze eraan bijdragen je paard losser in zijn lijf en met meer swung te laten bewegen. Het bekken van je paard zal tijdens goed gereden overgangen kantelen, waardoor het achterbeen meer onder de massa komt en tot dragen komt. Dat kantelen van het bekken zorgt er ook voor dat de bovenlijn van je paard, en met name het gedeelte van de rug een verende aanspanning krijgt. Daardoor kun je veel fijner zitten op je paard, en komen je hulpen heel fijn door. Je bent op zo’n moment echt aan het communiceren met je paard!

Heb je een paard die zich opdrukt tijdens de overgangen? Dan kunnen de volgende stappen je helpen om de overgangen te verbeteren!

  1. Het rijden van véél overgangen maakt je paard beter aan de hulpen. Hierdoor zal je paard steeds beter gaan reageren op je hulpen, waardoor je met minder moeite, meer reactie zal krijgen. Hij gaat dus op kleinere hulpen, beter reageren! Dit effect wordt nog groter als je de overgangen inzet wanneer je paard ze niet verwacht. Bijvoorbeeld heel snel na elkaar. Draf, enkele passen stap en direct weer in draf. Of juist tijdens een oefening; schouder binnenwaarts in draf, stap, draf. Het rijden van veel overgangen maakt je paard dus beter aan je hulpen voor de overgang.
  2. Schijnovergangen maken je paard alert. Een schijnovergang is een overgang die je inzet, maar niet doorzet. Dit gaat het beste met de overgang van draf naar (bijna) stap. Vanuit draf zet je de overgang in naar de stap. Op het moment dat je paard begrijpt dat hij naar de stap moet, en zelf dit wil inzetten, rijd je je paard weer naar voren in de draf. Deze oefening kun je heel goed gebruiken om je paard rond te houden tijdens de overgang.
  3. Zodra je paard zich opdrukt tijdens overgangen kun je twee dingen doen. Welke van deze twee opties je toepast heeft met je paard te maken. Is hij druk, sensibel, strak of los in de hand, aan je been en schieterig of pompt hij zich juist op en laat hij niets meer doorkomen? Allerlei factoren zijn van invloed hierop. Probeer beide uit om te testen welke voor jouw paard het beste werkt.

    1. In ditzelfde lage tempo blijven rijden en je paard weer rond maken door contact te herstellen en aan je been te zetten, wacht tot je paard nageeft, zijn hals als het ware laat vallen, en zet de overgang dan door.
    2. Weer naar voren rijden, aan je been zetten, contact maken om de aanleuning te herstellen en de overgang opnieuw inzetten.

  4. Zorg dat je marge hebt in de overgang. Hier bedoel ik mee dat je in de training je paard tijdens de overgangen wat ronder mag maken en wat lager in mag stellen dan de basishouding waarbij de nek het hoogste punt is en je paard aan de loodlijn loopt. Als je je paard wat ronder instelt dan normaal tijdens de overgangen, leer je hem zijn spieren van de bovenlijn op een andere manier te gebruiken. Je bouwt als het ware wat reserve in, waardoor je paard niet gelijk helemaal strak en opgedrukt is tijdens de overgangen. Let er hierbij wel op dat je paard altijd aan je been moet blijven, voorwaarts moet blijven denken en een overgang vanuit achter ingezet moet worden. Niet trekken zomaar aan de voorkant gaan trekken dus!
  5. Lukt het je niet om tijdens het rijden erdoor heen te komen? Probeer het dan eens tijdens het longeren. Je paard heeft dan niet met jou als ruitergewicht te maken, maar leert wel om in aanleuning en balans overgangen te maken. Hoe je je paard het beste kan bijzetten in dit geval hangt af van je paard. In een ander artikel zal ik hier uitgebreid aandacht aan besteden.
  6. Soms is het fijn om eens een andere, ervaren ruiter op je paard te laten rijden. De handigheid die dit soort ervaren ruiters hebben, mis je soms. Het kan nieuwe inzichten geven en je paard net dat stukje leren waar je zelf moeilijk doorkomt. Blijf niet te lang in je eentje prutsen, maar vraag een handige ervaren ruiter om hulp.

Kortom: een paard die zich opdrukt tijdens de overgangen maakt zich strak in de bovenlijn en laat je hulpen niet meer doorkomen. Verbeter dit door doelgericht te werken aan correct gereden overgangen. Altijd van achteruit, naar je hand toe, waarbij het achterbeen van je paard meer tot dragen komt en je paard met meer swung zal gaan bewegen.

Deel de inspiratie via social media en mijn blog via onderstaande links!

©Hester Bransen, Ruitergevoel 2024

Dit artikel mag je gebruiken voor tijdschriften en websites...

....en het kost niets! Het enige dat ik je vraag is om de volgende tekst toe te voegen aan het artikel (met een werkende link naar mijn website): "Door Hester Bransen van Ruitergevoel. Meer ruitergevoeltips zijn te vinden in het E-book ‘De vier elementen van een correcte houding en zit', dat je gratis kan aanvragen op www.ruitergevoel.com "

2 Reacties

  1. Djura

    Fijn artikel en duidelijk uitgelegd. Was al een tijdje opzoek naar een duidelijk en goed artikel waar het oefenen van vloeiende overgang in beschreven staat.
    Zaterdag overleg gepleegd met de eigenaar van het paard en de eerste en de derde stap toegepast.
    Ze werd lekker fel aan het been en ging vooruitdenken, elke keer na de overgang stap dacht ze na 2 stappen weer gelijk te draven. Hierbij moest ik haar even wat langer laten wachten. De overgangen naar de galop ging daarna ook gelijk een stuk beter.
    Het is een Friese merrie van nu nog 4 jaar. Nog 1 wp te gaan dat we officieel naar de L1 mogen. Maar met nog veel verbeter punten blijven we nog even in de B doorgaan. Nu ik met haar bezig ben kom ik mijzelf veel tegen en merk ik hoe talentvol ze is en dat de basis zo erg belangrijk is.

    Met vriendelijke groet,
    Djura

    Antwoord
    • admin

      Wat fijn om te horen Djura! Heel veel succes met verder oefenen. Jong paard dus tijd zat, bouw het rustig maar doeltreffend op!

      Liefs, Hester

      Antwoord

Een reactie versturen

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Ruitergevoeltips

Meer Ruitergevoel op de socials

Ruitergevoel

Heb je vragen? Bel of mail Corjan, 
hij helpt je graag verder!
M:+31 (0)6 - 50 9999 82
E: hester@ruitergevoel.com

Adres van ons trainingscentrum:

Polder 35
6691 MG Gendt
(tussen Arnhem en Nijmegen)

KvK nummer: 70203695