Blijven rijden
Alle prikkels om het paard heen komen ongefilterd door. Hier bedoel ik mee dat alle geluiden, lichtjes en dingen in dezelfde mate reactie oproepen bij je paard. Waar normaal de deur van de rijbaan geen aandacht krijgt van je paard, is het nu een groot spook. Het paard dat aan de andere kant van de muur door de gang heen stapt is ineens een geluid om bij te gaan snurken (je paard hè), en de plantenbak is net zo reactie-opwekkend als je zweepje.
Veel ruiters zijn geneigd om te stoppen met rijden, je lijkt immers toch niet door de dringen bij je paard. En op zo veel spanning zitten, is echt niet fijn. Het kan je best een beetje aan ‚durf’ ontbreken op zo’n moment. Je weet niet precies wat je moet doen om dit te doorbreken en het zelfs op te lossen.
Hoe krijg je de controle terug van je paard?
Maar hoe krijg je het dan wel voor elkaar dat je paard jou de controle weer terug geeft, zodat je weer met je training kan verder gaan? Juist door te gaan rijden.
Door je paard naar voren te drijven als hij stopt om met opgeheven hoofd naar de spiegel te kijken. Door je paard naar links te stellen als hij op rechts een plastic zakje hoort ritselen. Door een pasje te wijken voor je linkerbeen als hij door je linkerbeen heen dendert. Door je teugel een beetje te geven in plaats van te nemen, en met je been wat meer door te komen. Door rustig te blijven, als hij druk wordt. Door licht te blijven in je hand als hij sterk wordt.
Controleer het achterbeen
Je krijgt controle over de voorkant (en de rest) van je paard als je het achterbeen kan controleren.
Veel ruiters zijn geneigd om dit precies andersom te doen. Die houden de voorkant (lees: teugels) een beetje strakker, om zo controle te nemen. Maar je paard geeft je pas die controle als je 1. invloed krijgt op het tempo en 2. als je invloed krijgt over de houding. In deze volgorde. Dus eerst het tempo controleren, daarna pas de houding van je paard proberen te beïnvloeden.
Kortom; controle krijg je van je paard, je kan het niet nemen. Je krijgt pas controle over de voorkant van je paard als je de achterkant kan controleren. Zorg dat je eerst werkt aan de controle over het tempo, pas daarna over de houding.
Met dank aan de ruiters die zo lief waren hun foto en filmpje met mij en jou te delen!
Dit sluit mooi aan bij wat vroeger op de manege gezegd werd: vóórwaarts corrigeren.
Ook als ze er vandoor gaan: de energie begeleiden tot de verbinding er weer is. Als je een snelstromende rivier de ruimte geeft gaat het water immers rustiger stromen.
Erg interessant!
dank je, ben hier heel blij mee.