Online training: Ontwikkel je ruitergevoel
De inschrijving voor mijn online training is op dit moment gesloten. Wil jij het als eerste horen als de inschrijving weer open gaat? Schrijf je dan hieronder in.
Vorige keer schreef ik over de kenmerken van een paard die zijn hoofd kantelt.
Hier kun je dat artikel over kantelen nog eens teruglezen. Eronder vind je heel veel reacties van ruiters die hun paard herkenden in het artikel.
Ik had je beloofd om mijn aanpak stap voor stap met je door te nemen om het probleem van het kantelen van het hoofd aan te pakken. Ik ga er in dit voorbeeld even vanuit dat ik het paard waar het om gaat niet zelf heb opgeleid maar in training krijg nadat het probleem geconstateerd is. (het kantelen van het hoofd is trouwens meestal een bijkomend probleem)
Ik neem de 4 stappen met je door die ik altijd toepas bij een paard die zijn hoofd kantelt.
Zelf weet ik behoorlijk wat over de fysieke gesteldheid van een paard. Dit mede omdat ik ben opgeleid als docent Paardensport en -houderij. Ik geef dus al jaren les in (bijvoorbeeld) het vak gezondheid bij paarden. En toch haal ik er vaak een specialist bij. Ik kan me voorstellen dat niet iedereen evenveel kennis heeft van fysiologie en anatomie bij paarden. Daarom raad ik je aan om echt je paard eens goed na te laten kijken als hij kantelt.
Afhankelijk van de kenmerken die je paard vertoond, en zijn lichamelijke gesteldheid en mate van ‘getraindheid’ kun je verschillende specialisten raadplegen.
In mijn geval vraag ik mijn favoriete paardenfysiotherapeut om eens met me mee te kijken en eventueel één of enkele behandelingen te starten. Ik heb gemerkt dat paarden hier direct baat bij hebben. Paarden worden losser in het lijf en scheefheid wordt aangepakt.
Let op: fysiotherapie is een vorm van training en behandeling van een paard waarbij het belangrijk is dat de training na de behandeling wordt aangepast op het beoogde doel. Het liefst met een heel goede trainer erbij. Blijf je doortrainen zoals je altijd al deed dan zal je (bijvoorbeeld) elke 6 weken wéér de fysiotherapeut moeten vragen je paard te behandelen omdat je zelf ervoor gezorgd hebt dat je paard wéér ‘vast’ zit.
Wat ik ook altijd even nakijk is het gebit van het paard. De ene persoon is er wat behendiger in dan de andere. Bij twijfel: vraag een gespecialiseerde en hoog aangeschreven paardentandarts om hulp. ‘Paardentandarts’ is geen beschermd beroep. Iemand die hier jaren voor gestudeerd heeft (denk aan een dierenarts die zich verder heeft gespecialiseerd in gebitsbehandelingen bij paarden) of een ambitieuze persoon die ergens een cursus van korte duur gevolgd heeft mogen zich dus beide ‘paardentandarts’ noemen. Ik ben zelf altijd meer fan van hoger opgeleiden specialisten als het om mijn (trainings)paarden gaat.
Zonder te overdrijven met verschillende zadels, singels, hoofdstellen en bitten, soms kan het helpen om eens wat anders te passen. Denk goed na over wat je doet en blijf niet tot in de eeuwigheid andere bitten in de mond van je paard hangen. Ook hiervoor geldt; vraag een specialist of een goede trainer om hulp als je zelf twijfelt.
In mijn zadelkamer hangt een goed zadel, wat verschillende maten gewone hoofdstellen en wat gewone trensjes. De meeste dubbelgebroken watertrenzen. Ik ben zelf fan van niet te veel en te ingewikkeld als het op bitten aankomt. De paarden van tegenwoordig hebben steeds kleinere hoofden en dus ook minder ruimte in de mond. Een heel dik bit past daar niet bij. ‘Een bit is zo scherp als de hand van de ruiter’ zeggen ze, en ik ben het daar volledig mee eens.
Sommige paarden vinden het fijn om te lopen met een hoofdstel wat de druk wat mooier over het hoofd verdeeld. Bij alles van het harnachement geldt: het moet passen. Natuurlijk helpt het als harnachement goed past, maar het echte probleem van het kantelen kun je niet door het veranderen van een bit geheel oplossen waarschijnlijk. Het is een bijdrage aan de oplossing.
Hierna begint de eigenlijke training pas.
Zelf vind ik het belangrijk om goed te kijken wat het paard doet bij training zonder ruiter op zijn rug. De eerste dagen longeer ik een nieuw trainingspaard dus. Het liefst met een dubbele longe. Dit vergt wel behoorlijk wat handigheid. Binnenkort zal ik trainingen hiervoor organiseren, want ik heb gemerkt dat hier toch wel behoefte aan is bij veel ruiters. (laat dat me even weten in dat geval!)
Het longeren met dubbele longe helpt heel goed bij het herstellen van een goede aanleuning en een correcte trainingshouding. (mits de longeur handig is hierbij, anders helpt het natuurlijk voor geen klap)
Afhankelijk van de verbetering die een paard laat zien na de fysiotherapeut, paardentandarts, harnachement aanpassing en longeren ga ik rijden.
Tijdens het rijden werk ik aan vier onderdelen: de taktmatigheid van een paard, de ontspanning, de aanleuning/nageeflijkheid en de rechtgerichtheid.
Het paard moet gehoorzaam zijn aan mijn beenhulpen. Twee benen is naar voren en één been is opzij. Niets meer en niets minder. Hierbij werk ik aan de gehoorzaamheid en takt. In alle overgangen terug moet een paard naar voren denken. Hij mag dus niet al zelf in stap vallen, maar ik moet overal in de overgang het gevoel hebben dat ik direct weer naar voren weg kan rijden.
Het ‘naar mijn hand toerijden’ helpt me het paard ontspannen te krijgen en beter in de aanleuning. Door hier heel bewust op te trainen, en links en rechts zoveel mogelijk gelijkzijdigheid na te streven komt een paard steeds beter in balans. Ik wil een paard echt ‘op eigen benen’ en in balans hebben. Hij moet in alle gangen en zowel linksom als rechtsom echt ‘over de rug nageeflijk’ zijn. Moeilijke termen die ik niet allemaal uitgebreid kan uitleggen in dit ene artikel helaas.
Alle stappen gezamenlijk zal je steeds een beetje meer naar de oplossing brengen van het kantelen van het hoofd van je paard. Hoe je er zelf als ruiter op zit, recht of scheef, is natuurlijk ook van invloed. Ook dit is dus een heel wezenlijk onderdeel van de training. Niet alleen gericht op het paard, maar ook op de ruiter. Let goed op of je niet inknikt links of rechts. En of je in zowel de linker- als de rechtergalop hetzelfde gevoel kan bereiken. Alsof je paard vanuit de schoft omhoog springt, een bolletje wordt, en zijn achterbenen naar zijn neus wil steken. Ook in de wendingen moet er gelijkheid zijn. Linksom en rechtsom moet even makkelijk te rijden zijn.
Kortom; Wanneer je paard zijn hoofd kantelt ga je eerst na of je paard lichamelijk in orde is. Vervolgens check je kritisch je harnachement. Daarna komt de training zonder gewicht (en onbalans) van de ruiter aan de dubbele longe, en als laatste ga je rijden waarbij je streeft naar gelijkzijdigheid, takt, ontspanning, aanleuning en rechtgerichtheid.
Deel de inspiratie via social media en mijn blog via onderstaande links!
©Hester Bransen, Ruitergevoel 2024
Dit artikel mag je gebruiken voor tijdschriften en websites...
....en het kost niets! Het enige dat ik je vraag is om de volgende tekst toe te voegen aan het artikel (met een werkende link naar mijn website): "Door Hester Bransen van Ruitergevoel. Meer ruitergevoeltips zijn te vinden in het E-book ‘De vier elementen van een correcte houding en zit', dat je gratis kan aanvragen op www.ruitergevoel.com "
Op deze website
Ruitergevoeltips
Meer Ruitergevoel op de socials
Ruitergevoel
Heb je vragen? Bel of mail Corjan,
hij helpt je graag verder!
M:+31 (0)6 - 50 9999 82
E: hester@ruitergevoel.com
Adres van ons trainingscentrum:
Polder 35
6691 MG Gendt
(tussen Arnhem en Nijmegen)
KvK nummer: 70203695
hallo Hester,
ik ben nog maar een meisje van 12 maar ik lees al jouw artikelen en ben echt een hele grote fan van jou! Ik doe ook mee met de 30 days challenge en ik vind het echt TOP!!!
ook je online lessen vind ik een grote aanrader! door jou ben ik veel beter gaan rijden, super erg bedankt! jammer genoeg heb ik alleen niet genoeg geld om een keertje bij jou te komen trainen maar daarvoor ben ik hard aan het sparen! ik wens je heel veel succes met lesgeven en al die andere dingen en hoop dat je dit nog heel lang mag doen!
lieve groetjes, Anne van Asselt.
ps: het lijkt me top als je nog meer online lessen maakt! maar ik snap ook dat dat misschien wel een beetje veel werk is.