Je paard heeft waarschijnlijk, net als jij, een voorkeurskant. Linksom of rechtsom. En per gang kan dat ook nog wel eens verschillen. Je paard is enigszins scheef in dat geval.
Scheefheid zorgt ervoor dat je paard ongelijk is/wordt in de spieren. Aan de ene zijde meer stretchen en aan de andere zijde meer aanspanning.
Die ongelijkheid in zijn lijf voel je terug via zijn mond en de teugels in je hand. Je voelt het trouwens ook in zijn lijf heel goed terug, dus recht onder je.Bijvoorbeeld doordat je paard je een beetje naar één zijde weg zet waardoor je neigt in te knikken in je heup.
Om de teugeldruk gelijker te krijgen en je paard dus fijner op twee teugels wordt, zal je zijn lijf moeten rechtrichten. Het heeft geen zin om alleen via je teugels je paard rechter te maken. Dan creëer je, als je paard los laat op de strakkere kant, namelijk een zogenaamde s-bocht in zijn wervelkolom. Je hebt het probleem dan alleen aan de voorzijde ‘opgelost’ en nog niet in zijn lijf.
Er zijn heel veel leuke en goede oefeningen om je paard rechter in zijn lijf en dus fijner op twee teugels te krijgen. In dit artikel geef ik je enkele oefeningen die je kan doen met een paard op elke leeftijd en van elk niveau. Heb je een jong en onervaren paard, of een paard die de zijgangen nog niet zo goed beheerst? Dan kun je juist deze oefeningen goed gebruiken!
- De omgekeerde keertwending.
Bij deze oefening draai je de vorm van een keertwending, maar dan andersom gereden. Vanaf de e of b op de lange zijde wend je richting de a of c. Op de korte zijde wend je weer terug naar de hoefslag waar je vandaan kwam. Van deze oefening leert je paard heel goed om niet aan de hoefslag te blijven plakken. Kan je paard al een beetje wijken? Dan is deze oefening ook heel leuk om te gebruiken wanneer je van de hoefslag een pasje naar binnen wijkt. - Het rijden van een grote 8
Bij deze oefening rijdt je een grote 8, dus vanaf de x een volte linksom en vervolgens vanaf de x een volte rechtsom. Belangrijk bij deze oefening is het omstellen. Probeer je paard daarbij ‘onderdoor’ te houden. Ruiters die al langer bij me lessen horen me dit regelmatig zeggen. Ik bedoel ermee dat je paard zich niet eerst lang maakt wanneer je hem van links naar rechts (of andersom) om stelt. Veel paarden drukken zich ‘eruit’ wanneer je om stelt. Door je paard voor je gevoel een beetje meer onder je door te houden en dan heel rustig om stelt, wordt je paard veel soepeler. Neem dus de tijd voor het omstellen en draai gerust eens een volte extra op de zijde waar de moeilijkheid zit. Zo heb je ruim de tijd en wordt het makkelijker voor jou en je paard. - Rij op de binnenhoefslag.
Een oefening die ik heel veel toepas is het rijden op de binnenhoefslag. Paarden die hier moeite mee hebben gaan een beetje slingeren onder je. Ook kan het zijn dat ze ernaar neigen om weer terug op de hoefslag te gaan lopen. Het lijkt dan alsof ze aan de wand plakken. Door te rijden op de 1e of 2e binnenhoefslag leer je je paard om rechter te worden.
Natuurlijk zijn er veel meer leuke oefeningen om je paard rechter op twee teugels te krijgen. Veel van deze oefeningen zijn direct gericht op zijgangen. Die zal ik in een ander artikel voor je meenemen. Deze keer wilde ik het echt heel basic houden, zodat het ook voor jonge paarden of minder ervaren paarden en ruiters goed te doen is en toch een heel goede training.
Kortom; vrijwel ieder paard heeft scheefheid in zijn lijf. Je kan je paard rechter maken door verschillende oefeningen te rijden tijdens je training en zo de korte zijde van je paard te stretchen en de lange zijde van je paard aan te laten spannen. Succes met trainen, ik hoor graag hoe je dit hebt toegepast tijdens de training van je paard.
Extra tip van Hester
De online training ‘Paardrijden met ruitergevoel’ helpt je om een topteam te vormen met je paard. Met de kleinste hulpen leren jullie elkaar begrijpen. Nieuwsgierig?
Mijn paard is een beetje scheef – dwz, als hij gewoon in de wei staat te grazen, dan houdt hij ze’n staart altijd een beetje naar links (van achteren bekeken) Ik zou dan denken dat hij links makkelijk is maar dat is bij mijn paard niet zo. Hij heeft net meer moeite met bv linksom een constante 10m cirkel te rijden, ook om steeds netjes in dezelfde lengtebuiging te blijven. Moet ik dan toch veel links blijven rijden en van daaruit wat schakelen of net niet?
Moet je de moeilijke kant meer oefenen dan de gemakkelijke kant of is het eerder belangrijk de manier waarop je de omstelling maakt ? Dus rustig omstellen en bijeenhouden naar zowel de gemakkelijke als de moeilijke zijde?