De succesfactor voor het perfect inzetten van een oefening

Veel figuren en oefeningen worden slecht ingezet, en daardoor haal je niet het maximale uit je training of je proef. Oefeningen zijn er om bijvoorbeeld je paard gehoorzamer te maken, de elasticiteit te bevorderen of zijn achterbeen krachtiger te laten onder treden.

De volgende problemen kun je tegenkomen als je een slechte inzet van een oefening hebt:

Je paard:

• Kantelt zijn hoofd
• Zwaait zijn achterhand uit
• Valt weg over de buitenschouder
• Biedt op één van de teugels geen aanleuning
• Zet zijn achterhand naar binnen
• Is ‘niet bij de les’

Jij als ruiter:

• Bent niet mee met de beweging van je paard
• Zit te veel op links of rechts
• Hebt niet in beide teugels evenveel gewicht
• Je been ligt niet op de goede plaats
• Je bent te laat met je inzet
• Je ben nog eerdere fouten/miscommunicatie aan het herstellen

Het is dus voor je training erg belangrijk dat je het maximale voordeel uit een oefening haalt. Anders had je net zo goed geen oefeningen of figuren kunnen rijden. Het is erg zonde als je eerdere communicatiefouten nog aan het herstellen bent, terwijl je eigenlijk je oefening al in had willen zetten.

Je kunt nog zo hard trainen op je oefeningen, als de inzet niet goed is, blijft het een waardeloze oefening. Wil je dat je oefening een succes wordt, zorg er dan voor dat je een uitstekende voorbereiding hebt.

Het rijden van een perfecte wending is één van de succesfactoren om een oefening in te zetten. Ook kun je zonder een uitstekende wending, geen schouder binnenwaarts of figuur correct inzetten en rijden. Na een waardeloze wending heb ik nog nooit een goede overgang gezien, of een foutloos figuur.

De meeste wendingen worden erg slordig gereden. Hoeveel wendingen rij je in één training? En in een proef? Wees eens eerlijk, heb je wel eens doelgericht getraind op het rijden van perfecte wendingen?

Er wordt zo weinig aandacht besteed aan het rijden van wendingen omdat het geen doel is, het is een middel. In een proef worden wendingen nauwelijks beoordeeld. Je zal niet op je protocol teruglezen ‘die wending tussen A en F heb je keurig ingezet’.

Slechte wendingen kosten je toch veel punten op je protocol. Je zal moeten inleveren op je rijplezier en ruitergevoel als je geen gebruik maakt van de voordelen die perfecte wendingen je bieden.

Er zijn vier momenten waarop een wending fout kan gaan. Bij het voorbereiden, inzetten, doorrijden en uitrijden. Vermenigvuldig dit met het aantal wendingen dat je rijdt, en je hebt een duizend-dingen-lijst waar je training op vast kan lopen, of je proef op kan mislukken. Ook in mijn trainingen merk ik dat er veel onduidelijkheid bestaat over hoe je je paard correct door een wending heen begeleidt.

Als je de vier stappen van elke wending correct rijdt zullen alle andere onderdelen daardoor positief beïnvloed worden.

Een wending geeft ‘rek’ en ‘elasticiteit’ in het lijf van je paard. Het zorgt voor stelling en lengtebuiging. Je paard krijgt er meer schoudervrijheid door, en leert zijn achterbeen onder de massa te plaatsen. Een wending is de meest eenvoudige manier om je paard aanleuning te laten aanbieden. Ja, je leest het goed, je paard is degene die aanleuning aanbiedt, niet jij als ruiter.

Kortom, de succesfactor van het inzetten van correcte oefeningen en figuren is het rijden van perfecte wendingen. Een perfect gereden wending rij je door teugel, been- en gewichtshulpen alle drie correct te gebruiken.