Instructeurs gebruiken deze aanwijzing regelmatig. Kantel je bekken. Maar hoe moet je je bekken eigenlijk kantelen, en welke kant dan op, en waarom?
Waarom het kantelen van je bekken super handig is tijdens het paardrijden
Het kantelen van je bekken is een heel nuttige gewichtshulp die je helpt om goed in het zadel te blijven zitten. Je gebruikt het kantelen van je bekken bijvoorbeeld wanneer je paard de neiging heeft om langer te worden aan de voorkant. Of wanneer je paard wat onder je vandaan loopt. Ook gebruik je het kantelen van je bekken om je paard wat te laten aantreden vanuit het achterbeen. Dit gebruik ik altijd om duidelijk te maken dat je paard een extra actieve pas moet maken. Dit hoeft dus niet gelijk -harder en sneller- te zijn, maar eerder -hoger en met meer kracht naar voren geplaatst-.
Zo zijn er talloze redenen waarom het heel handig is om voldoende controle over je bekken te hebben tijdens het paardrijden.
Hoe moet je je bekken kantelen?
Je bekken kantel je door afzonderlijk je buik en je rugspieren aan te trekken. Nu heb je behoorlijk wat rug en buikspieren, en je hoeft ze niet allemaal te gebruiken. Het gaat dan met name om de spieren die rondom en vlak boven je bekken zitten. Dat zijn bijvoorbeeld je buikspieren die precies onder je navel zitten. Vind je het moeilijk om ze aan te spannen? Dan heb ik een heel handige oefening voor je:
Oefening 1 om je bekken te kantelen
Ga staan en zet je voeten een voetbreedte van elkaar af. Zorg dat je niet met overstekte knieën staat. Om te voelen welke buikspieren je gebruikt om je bekken te kantelen kun je dezelfde beweging maken die je maakt als je de gulp van je broek dicht maakt. Je trekt daarbij je buik wat in om je bekken te kantelen zodat je er makkelijk bij kan.
Oefening 2 om je bekken te kantelen
een beetje op het voorste deel van de stoel zitten. Je voeten zijn plat op de grond. Je voelt nu als het goed is dat je op je zitbeenknobbels zit. Dit zijn die twee puntje in je billen.
Trek nu je onderrug ter hoogte van je riem/band van je broek een beetje hol. Je voelt dat je gewicht verschuift. Je zit nu niet meer óp je zitbeenknobbels maar ervóór. Je hebt nu je lage rugspieren gebruikt om je bekken te kantelen.
Het grootste misverstand over het kantelen van je bekken
Eerst wil ik een groot misverstand ophelderen. Het bekken naar voren kantelen is het maken van een holle onderrug. Je heupknobbels druk je dus naar voren en je billen een beetje naar achteren.
Het naar achteren kantelen van je bekken is het intrekken van je buik, je drukt je stuitje als het ware een beetje naar beneden.
Sommige ruiters denken dat het hol maken van je onderrug en het uitsteken van je billen naar achteren kantelen is omdat je billen dan verder naar achteren gaan, maar dat is dus precies andersom!
Welke kant moet je je bekken op kantelen?
Als je tijden het paardrijden wilt dat je paard zijn bekken kantelt, dan moet je zelf je bekken dezelfde kant op kantelen.
Een voorbeeld: Je paard loopt wat onder je vandaan, en zijn achterhand is stuwend in plaats van dragend. Op dat moment is het bekken van je paard wat naar voren gekanteld. Hij heeft een holle rug, laat zijn buik hangen en maakt lange stuwende passen.
Je wil je paard op zoân moment weer meer onder je laten bewegen, zodat er meer draagkracht ontstaat en je een functionele trainingshouding hebt. Dat is dus het moment dat je zelf het goede voorbeeld geeft aan je paard. Je trekt je lage buikspieren wat aan en schroeft je zitbeenknobbels extra het zadel in. Een goed opgeleid paard zal op deze hulp al wat terug komen en zijn passen meer dragend maken. Zodra je paard de goede reactie geeft stop je met het kantelen van je bekken en neem je weer de basishouding aan waarbij je Ăłp je zitbeenknobbels zit en niet ervoor of erachter.
Mobiliteit van je bekken
Niet iedere ruiter heeft evenveel mobiliteit in zijn bekken. Sommige ruiters zitten behoorlijk vast, en andere ruiters zijn juist zo beweeglijk dat het moeilijk is om controle te houden over je bekken. Het is heel belangrijk dat je precies weet wat de mate van beweeglijkheid is in je bekken. En daarbij moet je in staat zijn om volledig gecontroleerd je bekken naar voren en achteren te kantelen. Een goede instructeur kan je hierbij heel goed begeleiden.
Valkuilen van het kantelen van je bekken
De grootste valkuil bij het kantelen van je bekken is dat je meer spieren inzet dan nodig. Veel ruiters zijn bijvoorbeeld geneigd om te gaan hangen in de bovenrug in plaats van het naar achteren kantelen van het bekken. Dit om het gebrek aan controle en mobiliteit van het bekken te compenseren. Maar wanneer je gaat hangen zal je paard terug gaan hangen (aan de voorkant) in plaats van het bekken kantelen en draagkracht ontwikkelen aan de achterkant.
Kortom; het goed kunnen controleren van je bekken is een must om fijn te kunnen paardrijden.
Ik veronderstel dat je hiervoor moet doorzitten en niet lichtrijden?
Hallo Hennie,
Dat hangt er helemaal vanaf in welke gang je zit. Maar als je het over de draf hebt: nee, je kan ook je bekken kantelen tijdens het lichtrijden.
Je kan immers ook de draf wat meer verzamelen zonder door te zitten, en daar zal je echt (enigszins) je bekken voor moeten kantelen.
succes!
Hey Hester! Als ik mijn bekken kantel, gaan mijn benen wat vooruit. Daardoor verlies ik mijn balans een beetje, wat er dan weer voor zorgt dat ik niet fijn kan meezitten met mijn paard. Wat kan ik doen om er voor te zorgen dat mijn benen niet naar voor gaan wanneer ik mijn bekken kantel?
Hallo Ann,
Omdat ik je niet heb zien rijden, en je het alleen omschrijft hier (logisch) is het een gokje wat er mis gaat. Maar ik denk in jouw geval dat je je bekken te veel probeert te kantelen, of dat de spieren die bij je liezen lopen te kort zijn, waardoor die je benen wat optrekken. Wil je het zeker weten? Kom dan een keer bij me trainen! đ
Succes!
Heel helder uitgelegd!
Dank je Hester.
Hallo Hester,
Ik heb jouw link op mijn website geplaatst, omdat ik ruitertraining en ruitermassage geef en dit perfect aansluit.
Groet,
Carla
Wat leuk Carla, veel succes!